Skip to main content

Test: Wat is jouw hechtingsstijl?

Een hechtingsstijl is een manier waarop je je hecht aan anderen. Volgens de hechtingstheorie van John Bowlby wordt de basis voor een hechtingsstijl gelegd in de opvoeding. De (on)veiligheid die je als kind ervaart, bepaalt voor een groot deel hoe je je als volwassene opstelt in relaties. Durf jij je partner te vertrouwen en gevoelens met hem of haar te delen? Klamp jij je vast uit angst voor verlating, of houd je de ander juist liever op afstand? Diane Poole Heller (2014) ontwikkelde een vragenlijst waarmee je jouw hechtingsstijl in kaart kunt brengen. Hoe veilig voel jij je in relaties? Doe de test!

Geef aan in hoeverre de stellingen op jou van toepassing zijn. Denk bij het invullen van deze vragenlijst aan één belangrijke relatie, het liefst een partner of ex-partner of iemand met wie jij de meeste connectie voelt.

1.Ik voel me meestal ontspannen in het bijzijn van mijn partner
2.Ik vind het makkelijk om te schakelen tussen samen zijn met mijn partner en alleen zijn
3.Ik verlang altijd naar iets of iemand waarvan ik denk dat ik het niet kan hebben en voel me zelden tevreden
4.Soms pas ik me in overdreven mate aan en bied ik mijn excuses aan voor dingen die ik niet gedaan heb, in een poging de band te verbeteren.
5.Als mijn partner thuiskomt of naar me toe komt, voel ik me onverklaarbaar gestrest, vooral wanneer hij of zij verbinding wil maken
6.Ik merk dat ik weinig belang hecht aan intieme relaties in mijn leven
7.Wanneer ik een bepaald niveau van intimiteit met mijn partner bereik, ervaar ik soms onverklaarbare angst
8.Wanneer ik met problemen wordt geconfronteerd, ben ik vaak verbouwereerd en heb ik het gevoel dat ze niet kunnen worden opgelost
9.Als mijn partner en ik ruzie hebben, is het relatief gemakkelijk voor mij om mijn excuses aan te bieden, tot een gezamenlijke oplossing te komen en de harmonie te herstellen
10.De meeste mensen hebben het hart op de goede plaats
11.Al focussend op anderen verlies ik mezelf in relaties
12.Ik kan moeilijk ‘nee’ zeggen of realistische grenzen stellen
13.Ik sta op mijn zelfredzaamheid: ik heb moeite om hulp te vragen wanneer nodig en ik voer veel van mijn dagelijkse bezigheden alleen uit
14.Ik voel me soms superieur omdat ik anderen niet nodig heb en zou willen dat anderen meer zelfvoorzienend zijn
15.Ik krijg een overdreven schrikreactie wanneer anderen mij onverwachts benaderen
16.Mijn partner klaag erover dat ik alles controleer
17.Ik kom afspraken met mijn partner graag na
18.Ik probeer waar mogelijk de behoeften van mijn partner te ontdekken en hieraan te voldoen en ik voel me op mijn gemak om mijn eigen behoeften te uiten
19.Ik twijfel altijd aan de dingen die ik zeg en zou soms willen dat ik het anders had gezegd
20.Als ik meer geef dan ik krijg, word ik vaak boos en / of koester ik wrok
21.Ik heb het gevoel dat mijn partner altijd aanwezig is, terwijl ik liever ruimte voor mezelf heb
22.Soms verkies ik alleen seks boven een toegewijde relatie
23.Ik verwacht vaak dat het ergste zal gebeuren in mijn relatie
24.Bescherming voelt vaak buiten bereik: ik heb moeite om me veilig te voelen bij mijn partner
25.Ik probeer de veiligheid in onze relatie te behouden en mijn partner te beschermen.
26.Ik kijk met vriendelijkheid en zorgzaamheid naar mijn partner en kijk uit naar onze tijd samen
27.Het is moeilijk voor mij om alleen te zijn: als ik alleen ben, voel ik me gestrest, verlaten, gekwetst en / of boos
28.Ik heb een diepe wens om dicht bij mijn partner te zijn, maar ervaar ook een verlammende angst om de relatie te verliezen
29.Ik geef de voorkeur aan relaties met dingen of dieren in plaats van met mensen
30.Oogcontact vind ik vaak ongemakkelijk en bijzonder moeilijk om te houden
31.Ik kan de gevoelens die verband houden met mijn hechtingsgeschiedenis moeilijk onthouden en bespreken: ik raak gedissocieerd of verward.
32.Ik wil nabijheid, maar ben ook bang voor degene met wie ik graag verbonden wil zijn
33.I voel me comfortabel bij mijn partner
34.Ik kan geheimen bewaren, de privacy van mijn partner bewaken en zijn of haar grenzen respecteren
35.Ik wil dicht bij mijn partner zijn, maar tegelijkertijd boos op hem / haar zijn
36.Ik heb vaak de neiging om te ‘fuseren’ of mezelf te verliezen in mijn partner en te voelen wat hij / zij voelt of te willen wat hij / zij wil
37.Het is voor mij makkelijker om over dingen na te denken dan om mezelf emotioneel uit te drukken
38.Wanneer een relatie over is, voel ik me eerst opgelucht, ben ik geneigd opgetogen te zijn, om me vervolgens depressief te voelen
39.Ik kan meestal geen beroep doen op instinctieve zelfbeschermende reacties wanneer er mogelijk gevaar dreigt, waardoor ik me verstijfd, verbroken of ‘afwezig’ voel
40.Het is belangrijk voor mijn partner om de afspraken eenvoudig en duidelijk te houden, omdat ik gemakkelijk in de war of gedesoriënteerd ben, vooral als ik gestrest ben